Thema: ‘Jonge Mantelzorgers‘ - UIT EIGEN KRACHT
Ik ben Ahmed El Mesri, de voorzitter van de multiculturele vereniging Assadaaka, en vandaag wil ik het, samen met u, hebben over mantelzorg in het algemeen en mantelzorgers in het bijzonder.
In onze wereld leven mensen steeds langer. Dat is aan de ene kant een verworvenheid van hard werken door knappe mensen en de groei van de medische kennis; er is echter ook een keerzijde aan: mensen krijgen ook meer te kampen met ouderdomskwalen, waarvan dementie en de ziekte van alzheimer bekende voorbeelden zijn. Ook zijn er veel aandoeningen die geen voortdurende medische zorg behoeven. Maar zorg hebben deze mensen wel nodig. Dan vallen velen terug op de omgeving, hun familie, hun vrienden en kennissen. Mensen die deze zorg gedurende langere tijd – minimaal drie maanden – leveren, hebben de naam ‘mantelzorgers’ gekregen.
Soms is mantelzorg een tijdelijke zaak. De aandoening is van voorbijgaande aard.
Maar vaak is mantelzorg een taak voor het leven. Wie met een aandoening te maken heeft waar geen genezing meer voor te verwachten is – een partner die bijvoorbeeld alzheimer heeft – heeft een taak op zich genomen die niet makkelijker zal worden. Natuurlijk nemen wij een dergelijke taak met liefde op ons, dat staat ook helemaal niet ter discussie. Maar waar wij deze bijeenkomst voor georganiseerd hebben, is om aandacht te vragen voor de positie van deze geweldige mensen. Er is namelijk altijd het gevaar dat hun werkzaamheden – en het is helemaal niet overdreven om van werk te spreken en dan geen ‘negen tot vijf’baan, maar een 24uurs baan – maar al te zeer voor lief worden genomen.
En dat maakt het voor hen ook moeilijk om eens aan zichzelf toe te komen, om er eens een tijdje tussenuit te gaan; gelooft u mij, ik ken de situatie zelf, ik ben in alle opzichten een ervaringsdeskundige. Want na mijn ongeluk, waardoor ik in deze rolstoel beland ben, ben ik ook afhankelijk geworden voor een groot deel van de hulp van mijn familie en van mijn vrienden. Gelukkig ben ik omringd door mensen die mij bijstaan: mijn broer, op wie ik altijd een beroep kan doen, mijn vrouw, mijn zoon en zeker ook mijn dochter Yasmine, want hoewel zij pas twee en een half jaar oud is, weet ze al precies wat haar vader nodig heeft en probeert zij nu al aan mijn wensen en behoeftes tegemoet te komen.
Daar ben ik natuurlijk heel erg blij mee en dankbaar voor. Zonder hen zou ik niet dát kunnen doen wat ik nu doe: het organiseren van bijeenkomsten als deze, mij inzetten voor de participatie en de integratie van mensen met een niet-Nederlandse achtergrond, mij met behulp van stichting Onze Hoop inzetten voor migranten met een handicap en als secretaris van de NOMA mij bezighouden met de belangen van oudere migranten.
Het zijn mijn mantelzorgers die deze activiteiten van mij mogelijk maken, die het mogelijk maken dat ik een rol speel in deze maatschappij, dat ik mij in kan zetten, mijn eigen bijdrage kan leveren aan een betere leefomgeving.
En wat mijn eigen familie en vrienden voor mij doen, dat doen veel andere mantelzorgers op hun manier voor hun familie, partners, vrienden en kennissen. Zij maken het mogelijk dat mensen die bepaalde aandoeningen hebben, hun maatschappelijke betrokkenheid niet hoeven te verliezen. Wij van Assadaaka, van stichting Onze Hoop en van de NOMA vinden het belangrijk dat deze groep mensen met elkaar in contact komen, met elkaar ervaringen uit kunnen wisselen, zodat zij zichtbaar worden, weten van elkaars bestaan en weten dat zij er niet alleen voor staan. Ook willen wij hen informeren over de mogelijkheden die er van overheidswege zijn om bij te springen of om op andere wijze hulp te krijgen. Niet alleen op die momenten waarop zij het even niet meer zien zitten – die momenten willen wij juist vermijden. Zo ver mag het niet komen, want juist zij die mantelzorg verlenen moeten op hun eigen gezondheid letten, niet alleen hun lichamelijke gezondheid, maar ook hun psychisch welzijn. Weten dat je er niet alleen voor staat, dat kan al een hele opluchting zijn.
Maar ook het besef dat je je er niet voor hoeft te schamen wanneer je eens denkt: Lieve help, kan ik het allemaal nog wel aan? Dat je het soms even niet meer ziet zitten, de hulp aan de persoon die een apart plekje in je hart inneemt, dat betekent niet dat je minder van die persoon zou houden; en het is dan ook niet iets om je voor te schamen. Het is waar dat veel mensen zonder er echt erg in te hebben in de rol van mantelzorger terecht komen en voor ze er zich goed en wel van bewust zijn, hebben ze er een volledige dagtaak bij gekregen, een dagtaak die zeven dagen per week duurt en soms wel jaren en jaren doorgaat. Gelukkig – en dat proberen wij in onze bijeenkomsten ook duidelijk te maken – is het in veel gevallen niet zo dat die taak ook als vanzelfsprekend gezien wordt, hoe vanzelfsprekend mensen die taak ook vaak op zich nemen.
Ook op deze middag willen wij met elkaar van gedachten wisselen over wat het inhoudt om mantelzorger te zijn en wat het inhoudt om van mantelzorg afhankelijk te zijn. Wij gaan bekijken hoe mensen elkaar kunnen steunen in hun zware taak en wij proberen de taboes die er bestaan rondom met name jonge mantelzorgers – mensen die bijvoorbeeld voor hun zieke moeder of vader zorgen, zoals mijn zoon en mijn kleine dochter dat ook voor mij doen – te doorbreken. Mantelzorg kan een zware, maar tevens heel mooie taak zijn. Wij hopen dat dat in deze bijeenkomst nogmaals duidelijk wordt.
Dank u wel.
Toespraak Ahmed El Mesri, op 22 juni 2009 – themabijeenkomst jonge mantelzorgers